Many ursid management protocollen noemen de nek regio als een doelwit voor intramusculaire (IM) toediening van kalmeringsmiddel; vanwege de grote spiermassa en relatief dunne subcutane vetlaag. De oppervlakkige nekvasculatuur van Amerikaanse zwarte beren is echter niet goed bestudeerd. Wij stellen vast dat de vasculatuur lijkt op die van de reuzenpanda (Davis, 1964). Het voorkomen van verschillende, mogelijk aan kalmeringsmiddel gerelateerde, sterfgevallen bij lokale beren was aanleiding voor een verder onderzoek in de regio. Met toestemming van het New Hampshire Department of Fish and Game werden drie beren ontleed: een volwassen mannetje, een volwassen vrouwtje en een juveniel vrouwtje. De dissectie onthulde een grote externe halsader op het voorste oppervlak van de hals, die oppervlakkig loopt ten opzichte van de musculatuur; in het midden van de voorgeschreven verdovingsplaats. Dit is in strijd met de beschikbare informatie over de regio, die waarschuwt om alleen het inferieure deel van de hals te vermijden om de halsslagader en de subclavische vaten te vermijden. De aanwezigheid van dit bloedvat brengt het inherente gevaar met zich mee dat dit gebied wordt gebruikt als plaats voor de toediening van IM-verdoving, aangezien de dosering de bloeddruk en de ademhalingsfrequentie snel zou doen dalen als deze per ongeluk intraveneus zou worden toegediend, en dit moet indien mogelijk worden vermeden. Deze studie identificeerde veilige grenzen voor IM-verdoving om diermanagementpraktijken in New England bij te werken.

Dit abstract is afkomstig van de Experimental Biology 2019 Meeting. Er is geen volledige tekst artikel geassocieerd met dit abstract gepubliceerd in The FASEB Journal.