Pizzicato

Pizzicato is de techniek waarbij de snaar met een vinger wordt aangetokkeld in plaats van met de strijkstok over de snaar te worden getrokken. Zoals met veel technieken is er in de twintigste eeuw veel meer variatie gekomen. In dit voorbeeld uit een Bartok strijkkwartet zijn de volgende technieken te horen:

  • spreidakkoorden (opening)
  • niet-spreidakkoorden -bereikt door met meerdere vingers tegelijk te tokkelen (einde)
  • gewoon pizzicato maar met breder scala aan dynamiek dan in vroegere muziek
  • ‘Bartok’ of slap pizz. waarbij aan de snaar wordt getrokken zodat hij terugslaat op de toets (begin van de tweede regel)

Bartok Kwartet nr. 4, IV einde

06 Bartok

https://alevelmusic.com/wp-content/uploads/2017/07/06-bartok.mp3?_=1

Dubbele, drievoudige en viervoudige aanslag

Snarenspelers kunnen meerdere noten tegelijk spelen en componisten verlangen vaak dat ze dat doen om rijkere texturen te creëren. Dit komt veel vaker voor in solo- en kamermuziek dan in orkestmuziek, waarin hetzelfde effect vaak met meerdere spelers kan worden bereikt.

Dubbel stoppen (twee noten tegelijk) kan vrij langdurig worden gespeeld, zoals in het Dvorak-voorbeeld hieronder, maar het is technisch nogal uitdagend en u moet niet vragen om passages die te snel of te sprongsgewijs zijn. Bovendien mogen de intervallen als algemene regel niet groter zijn dan een octaaf. Sommige dubbelgrepen zijn heel moeilijk achter elkaar uit te voeren – over het algemeen maakt het vaak veranderen van interval het moeilijker. Het is de moeite waard om met een strijker te overleggen als je niet zeker weet hoe praktisch een passage kan zijn.

Dvorak Kwartet Op. 34 in D klein (Nr. 9), derde deel

07 Dvorak

https://alevelmusic.com/wp-content/uploads/2017/07/07-dvorak.mp3?_=2

Een heel ander effect wordt bereikt in dit Bartok voorbeeld, waarin de dubbelgrepen allemaal octaven zijn, wat gewicht en intensiteit toevoegt in plaats van rijkdom aan de agressieve textuur. De altviool en de cello spelen vierstemmige registers (vier noten tegelijk). Merk op dat drie- en vierstemmige akkoorden niet melodisch kunnen worden gespeeld zoals dubbelgrepen, omdat ze ofwel moeten worden gespreid ofwel met aanzienlijke kracht moeten worden aangeslagen om alle noten te laten klinken.

Bartok Kwartet No. 2, tweede deel

08 Bartok

De drievoudige registers in dit Beethoven-kwartet zitten min of meer op de grens van wat praktisch is voor opeenvolgende verschillende drievoudige registers – zie de tweede vioolpartij. U hoort dat de drievoudige registers in de violen enigszins gespreid zijn:

Beethoven Strijkkwartet Op. 18 Nr. 4, eerste deel

09 Beethovenhttps://alevelmusic.com/wp-content/uploads/2017/07/09-beethoven.mp3?_=3

In dit voorbeeld van Bartok wordt de violen gevraagd de akkoorden NIET te spreiden, maar de noten samen aan te slaan, wat alleen zeer luid kan worden gedaan. De cello daarentegen wordt gevraagd de akkoorden bovenaan te laten beginnen en arpeggi naar beneden te laten lopen:

Bartok Strijkkwartet nr. 4, vijfde deel

10 Bartok

https://alevelmusic.com/wp-content/uploads/2017/07/10-bartok2.mp3?_=4