Als u momenteel wordt behandeld met een van de volgende geneesmiddelen, dient u geen valeriaan te gebruiken zonder dit met uw zorgverlener te overleggen.

Kalmerende middelen — Valeriaan kan het effect versterken van geneesmiddelen die een kalmerend effect hebben, waaronder

  • Anticonvulsiva zoals fenytoïne (Dilantin) en valproïnezuur (Depakote)
  • Barbituraten
  • Benzodiazepinen zoals alprazolam (Xanax) en diazepam (Valium)
  • Drugs om slapeloosheid te behandelen, zoals zolpidem (Ambien), zaleplon (Sonata), eszopiclone (Lunesta), en ramelteon (Rozerem)
  • Trichyclische antidepressiva zoals amitriptyline (Elavil)
  • Alcohol

Hetzelfde geldt voor andere kruiden met een verdovende werking, zoals kamille, citroenmelisse, en kattenkruid.

Andere geneesmiddelen — Omdat valeriaan wordt afgebroken door bepaalde leverenzymen, kan er een wisselwerking optreden met andere geneesmiddelen die door dezelfde enzymen worden afgebroken. Deze geneesmiddelen kunnen onder meer zijn:

  • Antihistaminica
  • Statines (geneesmiddelen die worden ingenomen om het cholesterolgehalte te verlagen)
  • Enkele antischimmelmiddelen

Anesthesie — Valeriaan kan de effecten van anesthesie versterken en daarom is het belangrijk om het gebruik van valeriaan ruim voor uw geplande operatie met uw artsen (met name de chirurg en de anesthesioloog) te bespreken. De artsen kunnen u adviseren hoe u het gebruik van valeriaan voorafgaand aan de operatie kunt afbouwen. Of ze kunnen u toestaan om valeriaan te gebruiken tot het moment van de operatie, waarbij ze de nodige aanpassingen in de anesthesie aanbrengen.