Tijdens het kijken naar circussen, hijgen de mensen allemaal in bewondering als ze honden zien tellen, zwarte beren basketballen, apen fietsen, paarden dansen, geiten koorddansen, kamelen cirkels trekken, leeuwen en tijgers op palen lopen, enzovoort. Bovendien vraagt het publiek zich af hoe wilde dieren kunnen worden getemd om instructies op te volgen.

Elk dier heeft verschillende instincten — schuw en bang, zelfbescherming of proberen te ontsnappen; op zoek naar voedsel terwijl ze honger hebben; paren en op zoek naar een echtgenoot. Temmers maken gebruik van de eerste twee instincten en passen de juiste methoden toe om circusdieren te temmen. Er wordt vaak gezegd dat het temmen van dieren niet mogelijk is zonder voedsel op zak en zwepen bij de hand. Zwepen worden gebruikt tijdens het temmen vanwege het schuwheidsinstinct van de dieren, terwijl voedsel hun honger kan stillen. Alleen met zwepen en voedsel kunnen circusartiesten de dieren laten luisteren naar hun instructies en de dieren stap voor stap leren hoe ze zich de vaardigheden eigen moeten maken.

Het doel van het gebruik van zwepen is alleen om de dieren gehoorzaam te maken of om de mensen geen pijn te doen. Om dieren gehoorzaam te maken aan uitvoerende kunstenaars, is het belangrijkste om dicht bij hen te komen, zodat de genegenheid tussen dieren en mensen toeneemt, hen bevrijdt van waakzaamheid en vertrouwen van hen wint.

Het tot stand brengen van een affectieve relatie met dieren vergt een lang proces. Over het algemeen zijn jonge dieren betrekkelijk gemakkelijk te temmen, omdat zij ontvankelijker zijn en sneller leren. In het begin geven tamme uitvoerders hen vaak voedsel en water om hen van hun waakzaamheid te bevrijden. Geleidelijk komen de dieren in de buurt van mensen en dan kunnen de vertolkers de hoofden van deze dieren in kooien van buitenaf aanraken, hun lichamen met warme handdoeken afvegen en hun haren kammen. Dit alles zorgt ervoor dat ze zich comfortabel en hartelijk voelen. Als de temmers het gevoel hebben dat deze dieren niet van plan zijn mensen kwaad te doen, kunnen ze de kooien binnengaan om ze eten te geven, schoon te maken en met ze te spelen.

Dieren hebben geen denkvermogen en zelfs de slimste dieren kunnen geen menselijke talen begrijpen. Bij het temmen wordt voornamelijk het geconditioneerde reflexprincipe van Pavlov toegepast. Temmers gebruiken vaste houdingen, tonen, muziek en bewegingen om dieren verschillende bewegingen te laten maken. Als de dieren het op de juiste manier doen, krijgen ze wat te eten. Herhaalde oefeningen op deze manier kunnen ervoor zorgen dat ze een geconditioneerde reflex ontwikkelen. Telkens wanneer zij de uitvoerders een bepaald signaal zien geven, beginnen zij regelmatige bewegingen uit te voeren. Als ze het goed doen, kunnen ze bepaalde prijzen krijgen.

Het temmen van performers vereist ook moed, voorzichtigheid en geduld. Dieren zijn allemaal eenvoudig van geest, dus een handeling moet meerdere malen herhaald worden voordat deze onthouden wordt. Daarom mogen de artiesten niet overhaast zijn en moeten zij de dieren geleidelijk laten wennen aan deze bewegingen.

Dieren temmen is een zeer zware taak. Terwijl we de prachtige circussen prijzen, mogen we het harde werk van de dierentemmers niet vergeten.