Een 27-jarige man zonder bekende medische problemen werd naar de otorinolaryngologie-polikliniek verwezen in verband met een anterieure zwelling in de hals. Hij klaagde over een solitaire zwelling in het voorste deel van de hals sinds hij 15 jaar oud was. De zwelling was pijnloos en nam niet in omvang toe. Hij ontkende een voorgeschiedenis van dysfagie, dyspneu en heesheid. Er was geen chronische hoest, constitutionele symptomen, en hij had een normale schildklierfunctie sinds het opmerken van de zwelling. Hij klaagde niet over regurgitatie na de maaltijd en had geen halitosis. Bij de familieleden werd geen gelijkaardige presentatie vastgesteld. Bij onderzoek was er een zwelling over de linker anterieure halsregio van 5×3 cm met een normale huidskleur. De zwelling trad alleen op tijdens deglutitie en het Valsalva manoeuvre. De zwelling was zacht, niet gevoelig en niet pulserend. Er was geen andere zwelling over het hoofd en nek gebied (figuur 1). Bij mondonderzoek werd geen afwijking gezien. Systemisch onderzoek, indirecte laryngoscopie en schildklierfunctietests waren normaal.

A) Normale hals in rust; B) prominente linker halszwelling tijdens Valsalva-manoeuvre (pijl).

CT van de hals vond geen structurele abnormaliteit of outpouching. Een echografie van de hals werd uitgevoerd in rust en tijdens deglutitie. De zwelling was alleen zichtbaar wanneer de patiënt slikte. De echografie toonde aan dat de linker interne halsader in omvang toenam zowel tijdens slikken als tijdens de Valsalva manoeuvre (Figuur 2). Aangezien de patiënt asymptomatisch was, besloten wij tot conservatieve behandeling met follow-up bezoeken om zijn toestand te controleren, die werd gediagnosticeerd als inwendige jugulaire ectasie. Inwendige jugulaire ectasie wordt vaak gemist in de differentiële diagnose. Het is goedaardig en wordt niet vaak gezien bij volwassenen. De Valsalva manoeuvre kan de grootte van de zwelling doen toenemen en het betreft meestal de rechterzijde wanneer de intrathoracale druk toeneemt.1-4 De exacte oorzaak van deze aandoening blijft onbekend; men denkt dat ontsteking, verwonding en overbelasting bijdragende factoren zouden kunnen zijn,1 maar geen daarvan was aanwezig in de voorgeschiedenis van onze patiënt. De aandoening komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen. Wij stonden in tweestrijd door de aanwezigheid van de ectasie van de interne halsader aan de linkerzijde in plaats van de rechterzijde. De aandoening komt minder vaak aan de linkerkant voor wegens de anatomie van de linker interne halsader, die meer mediaal gelegen is en minder onderhevig is aan stress door een verhoging van de intrathoracale druk.14

Ultrasografie van de inwendige halsader (pijl) A) in rust en B) gedistilleerd tijdens de Valsalva-manoeuvre met diameters van respectievelijk 0,843 cm en 1,55 cm.

Een geschikt radiologisch onderzoek is belangrijk voor de diagnose en de planning voor verdere interventie. Ultrasonografie wordt aanbevolen als de eerste screeningsmethode, vooral voor jongere patiënten, omdat het snel, goedkoop en niet-invasief is en geen straling veroorzaakt. 2-5 Wij kozen echter voor een CT-scan omdat onze voorlopige diagnose laryngocele was en wij eventuele structurele afwijkingen wilden identificeren. Wij vonden geen afwijkingen en de diameter van de bilaterale interne jugular aders toonde geen significant verschil van elkaar met intraveneuze contraststof. Wij hebben de patiënt slechts eenmaal in rust gescand (geen verhoging van de intrathoracale druk) wegens de extra stralingsbelasting van nog een scan tijdens de Valsalva-manoeuvre. Wij geven de voorkeur aan echografie omdat verwijding van de interne halsader tijdens de Valsalva-manoeuvre alleen kan worden beoordeeld in vergelijking met de rusttoestand. Behandeling is aangewezen indien zich complicaties voordoen; anders wordt conservatieve behandeling aanbevolen.1-3