Clinical Information

Onder normale omstandigheden wordt glucose gemakkelijk gefilterd door de glomeruli en wordt de gefilterde glucose geabsorbeerd door de proximale tubulus; er wordt normaal gesproken vrijwel geen glucose in de urine uitgescheiden.Het vermogen van de proximale tubulus om glucose te reabsorberen is echter beperkt; als de gefiltreerde lading de reabsorptiecapaciteit van de proximale tubulus overschrijdt, zal een deel van de gefiltreerde glucose in de urine worden uitgescheiden. Verhoogde serumglucoseconcentraties (zoals bij diabetes mellitus) kunnen dus leiden tot een toename van de gefilterde glucosebelasting en kunnen de reabsorptiecapaciteit van de tubuli te boven gaan, wat glucosurie tot gevolg heeft. Glucosurie treedt op wanneer de renale drempel voor glucose wordt overschreden (meestal >180mg/dL). Dit komt meestal, maar niet uitsluitend, voor bij diabetes.

Voorts kunnen aandoeningen die de proximale tubulusfunctie nadelig beïnvloeden, ook resulteren in een verminderde reabsorptie van glucose, en een verhoogde glucoseconcentratie in de urine, zelfs bij normale plasmaglucoseconcentraties. Enkele van deze aandoeningen zijn het Fanconi-syndroom, de ziekte van Wilson, erfelijke glucosurie en interstitiële nefritis. Deze aandoeningen zijn betrekkelijk zeldzaam en de meeste oorzaken van verhoogde glucoseconcentraties in de urine zijn te wijten aan verhoogde serumglucoseconcentraties.