Vroeg leven

Marcus Mosiah Garvey werd geboren in St. Ann’s Bay, Jamaica, op 17 augustus 1887, als jongste kind van een steenhouwer (iemand die stenen prepareert voor de bouw). Hij ging naar de plaatselijke lagere school en ging op veertienjarige leeftijd in de leer in de drukkerij (werken om ervaring op te doen). In 1903 ging hij naar de hoofdstad, Kingston, om als drukker te werken. Hij raakte al snel betrokken bij openbare activiteiten en hielp bij de oprichting van de Printers Union, de eerste vakbond in Jamaica. In 1907 nam hij deel aan de mislukte staking van de drukkers, waarbij georganiseerde arbeiders weigerden te werken tenzij bepaalde eisen werden ingewilligd. Deze ervaring beïnvloedde de jonge Garvey in zowel zijn politieke als journalistieke passies. Hij begon al snel met de publicatie van een tijdschrift, de Watchman.

In 1910 begon Garvey aan een reeks reizen die hem veranderden van een doorsnee persoon die zich zorgen maakte over de problemen van mensen met minder kansen, in een Afrikaanse nationalist die vastbesloten was een heel ras uit de slavernij te bevrijden. Hij bezocht Costa Rica, Panama en Ecuador, en werkte als redacteur voor verschillende radicale kranten. Na een korte terugkeer naar huis ging hij naar Engeland, waar contacten met Afrikaanse nationalisten bij hem een grote belangstelling voor Afrika en de zwarte geschiedenis aanwakkerden. In elk land dat hij bezocht, merkte hij op dat de zwarte man zich in een minderwaardige positie bevond, onderworpen aan de steeds veranderende idealen van sterkere rassen. Zijn lectuur van Booker T. Washington’s (1856-1915) “Up from Slavery” in deze tijd had een groot effect op hem. In deze tijd ontmoette Garvey ook Duse Mohammed Ali, een Soedanees-Egyptiër en groot voorstander van Afrikaans zelfbestuur. Garvey begon te schrijven voor Ali’s kleine tijdschriften en werd geïntroduceerd bij andere zwarte activisten.

Toen hij in 1914 vanuit Engeland terugkeerde naar Jamaica, richtte Garvey de Universal Negro Improvement Association and African Communities League (UNIA-ACL) op. Deze organisaties waren bedoeld “om te werken aan de algemene verheffing van de negervolkeren van de wereld,” en zouden het middelpunt worden van zijn levenswerk.