Abstract

Geschat wordt dat meer dan 51 miljoen mensen in Brazilië in sloppenwijken leven, gebieden waar ook een hoge prevalentie van ondervoeding wordt aangetroffen. In het algemeen groeit de bevolking van “sloppenwijken” sneller dan de stedelijke bevolking. Deze situatie wordt in verband gebracht met slechte sanitaire voorzieningen, ongezonde voedingsgewoonten, laag geboortegewicht en het krijgen van een groeiachterstand. Met name het krijgen van een groeiachterstand is zorgwekkend, omdat longitudinale en cross-sectionele studies van adolescenten met een groeiachterstand hebben aangetoond dat zij in hoge mate vatbaar zijn voor centrale vetgroei, een lagere vetoxidatie en een lager energieverbruik in rusttoestand en na de maaltijd. Bovendien werden een hogere bloeddruk, een hoger plasma-urinezuur en een verminderde doorstroom-gemedieerde vasculaire dilatatie allemaal geassocieerd met een hoger niveau van hypertensie bij kinderen met een laag geboortegewicht en bij kinderen met een groeiachterstand. Met name jongens en meisjes met groeiachterstand vertoonden ook een lagere insulineproductie door pancreas β-cellen. Al deze factoren worden in verband gebracht met een hoger risico op chronische ziekten later in het leven. Bij volwassenen met een groeiachterstand zijn ook veranderingen in plasma lipiden, glucose en insuline gerapporteerd. Echter, adequaat voedingsherstel met lineaire inhaalgroei, na behandeling in voedingsrevalidatiecentra, kan de veranderingen in lichaamssamenstelling, botdichtheid en insulineproductie matigen.