Khoekhoe-talen, Khoekhoe ook gespeld als Khoikhoi, vroeger Hottentot-talen genoemd, een subgroep van de Khoe-taalfamilie, een van de drie takken van de Zuid-Afrikaanse Khoisan-talen. Er zijn twee hoofdvariëteiten onderscheiden: de eerste omvat de uitgestorven Zuid-Afrikaanse talen !Ora en Gri (klik hier voor een audioclip van !Ora) en de dialecten die langs de zuidkust van de Kaap werden gesproken; de tweede soort is Nama, ook bekend als Nama/Damara en Khoekhoegowap, met ongeveer 120.000 sprekers, voornamelijk in Namibië (klik hier voor een audioclip van Nama). Enkele Nama-sprekers zijn te vinden in Botswana, en er is nog een kleine groep in het Richtersveld in Zuid-Afrika. De verlaten term Hottentot is toegepast op de Kaapse Khoekhoe. Door verschillen in woordenschat en details van de grammaticale structuur, onthullen de Khoekhoe-talen een aanzienlijke periode van onafhankelijke taalkundige ontwikkeling in de Khoe-groep, maar zij delen bepaalde fonetische kenmerken met alle Zuidafrikaanse Khoisan-talen. Deze omvatten het gebruik van vier kernklikken, met bepaalde gemeenschappelijke begeleidende articulaties, en de regels die de fonetische vorm van woorden regelen, waarbij clicks alleen de eerste medeklinker mogen zijn.
De sprekers van de Khoekhoe talen hebben een lange geschiedenis van contact met Europese kolonisten en Bantoe sprekers gehad. In het zuidoosten van de Kaap heeft dit contact geleid tot een diepgaande taalkundige invloed op de klankstructuur en de woordenschat van de Xhosa-taal voordat de meeste Khoekhoe-talen uitstierven; verder naar het westen verdwenen de Khoekhoe-talen zeer snel, maar zij lieten wel hun sporen na in plaatsnamen en in de vorming van het Afrikaans, de volkstaal waarop de Khoekhoe-sprekers overstapten. Ora en Gri overleefden tot de eerste helft van de 20e eeuw.
Geef een antwoord