Moet je de farmacotherapie van infectieziekten bestuderen? Deze studietabel is een eenvoudig hulpmiddel bij je studie over “bugs & drugs”. Ik hoop dat je er wat aan hebt!
Authored By: Timothy Gauthier, Pharm.D., BCPS-AQ ID
In juni 2015 deed ik een post voor MedEd101 getiteld “Bugs and Drugs Chart, Lessons Learned From the Front Lines.” Ongeveer een jaar later heb ik het onderwerp opnieuw bekeken en sindsdien is de onderstaande informatie periodiek bijgewerkt. Hier is de nieuwste en grootste eenvoudige bugs en drugs studietabel…
Een belangrijke stap om meer te leren over antimicrobiële chemotherapie is het verkrijgen van inzicht in wanneer bepaalde geneesmiddelen moeten worden overwogen of vermeden. Er zijn vele manieren om dit te doen. Het identificeren van potentiële toxiciteiten (bijv. rifampine en levertoxiciteit) is één benadering. Een andere benadering is om te leren voor welke infecties een specifiek geneesmiddel niet goed is (bv. daptomycine mag niet worden gebruikt voor longontsteking omdat het wordt geïnactiveerd door surfactant in de long).
Mogelijk de meest gebruikelijke manier om de basis van antimicrobiële stoffen te leren, is echter om te identificeren welke geneesmiddelen vaak worden gebruikt voor welke bugs. Als student farmacie en als apotheker in opleiding vond ik het onderdeel “antimicrobiële spectra” van de Sanford-gids in dit opzicht zeer nuttig, maar het is waarschijnlijk een beetje te veel inhoud om te proberen te onthouden voor dingen zoals een examen van de apothekersschool.
Om een eenvoudige studiegids te bieden die nuttig kan zijn voor het identificeren van welke geneesmiddelen gewoonlijk worden gebruikt voor een bepaalde bug, heb ik het volgende ontwikkeld. Daarnaast heb ik opgenomen aan welke geneesmiddelen niet moet worden gedacht voor een bepaalde bug. Het identificeren van de hiaten in de dekking kan zeer nuttig zijn. Een primair voorbeeld hiervan is tigecycline, dat werkzaam is tegen een breed scala van microben, waaronder vancomycine-resistente Enterokokken, methicilline-resistente Staphylokokken, Acinetobacter-soorten, Mycobacterium-soorten, Bacteroides fragilis en meer – maar niet Pseudomonas aeruginosa!
Ik wil graag benadrukken dat dit bedoeld is als een snelle referentie en studiehulpmiddel voor studenten. Het selecteren van een antimicrobiële behandeling voor een patiënt gaat veel verder dan alleen de vraag of een geneesmiddel wel of niet werkzaam is tegen een bepaalde bacterie. Bovendien is dit geen volledige lijst en afhankelijk van het infectietype is het mogelijk dat deze tabel niet van toepassing is (daptomycine speelt bijvoorbeeld geen rol bij de behandeling van longontsteking, maar wel bij MRSA).
ZIE | DACHT | DACHT NIET |
Methicilline-gevoelige Staphylococcus aureus (MSSA) | Oxacilline, nafcilline, dicloxacilline, cloxacilline, amoxicilline-clavulaanzuur, cefazoline of cefalexine | Amoxicilline, ampicilline, ceftriaxon of vancomycine |
Methicillineresistente Staphylococcus aureus (MRSA) | Sulfamethoxazol-trimethoprim, doxycycline, delafloxacine, tigecycline, omadacycline, eravacycline, lefamuline, clindamycine, vancomycine, daptomycine, telavancine, dalbavancine, oritavancine, ceftaroline, linezolid, tedizolid of quinupristine/dalfopristine, lefamuline | Ceftriaxon, piperacillin-tazobactam, cefepime, carbapenems of fluorochinolonen |
Pan-gevoelige Enterokokken | Ampicilline of amoxicilline | Vancomycine |
Ampicilline-resistente Enterococcen | Vancomycine | – |
Vancomycine-resistente Enterococcen (VRE) | Daptomycine, linezolid, tedizolid, tigecycline, omadacycline, eravacycline | Vancomycine |
Beta-haemolytische Streptococci
(Streptococcus pyogenes & Streptococcus agalactiae ) |
Penicilline, clindamycine | – |
Alpha-haemolytische Streptococcen
(bijv.g., Streptococcus pneumoniae & Viridans groep Streptococcen) |
Ceftriaxone, levofloxacine, amoxicilline-clavulaanzuur | – |
Pseudomonas aeruginosa | Piperacilline-tazobactam, ceftazidime, cefepime, ceftazidime-avibactam, ceftolozane-tazobactam, cefiderocol, imipenem-cilastatin, imipenem-cilastatin-relebactam, meropenem, doripenem, aztreonam, ciprofloxacin, levofloxacin, delafloxacin, amikacin, gentamicin, tobramicin, plazomycin, polymyxine E (colistin), polymyxine B | Tigecycline, eravacycline, omadacycline, ertapenem of moxifloxacine |
Stenotrophomonas maltophilia | Sulfamethoxazol-trimethoprim of levofloxacine | Carbapenems |
Anaerobes | Metronidazol, clindamycine, ampicilline-sulbactam, amoxicilline-clavulaanzuur, piperacilline-tazobactam, cefoxitine, cefotetan, ertapenem, moxifloxacine of tigecycline | Cefazolin, ceftriaxon of cefepime |
Clostridium difficile | Oraal of rectaal vancomycine of fidaxomicine, dan metronidazol (minder voorkeur) | Intraveneus vancomycine |
Atypische organismen | Macroliden, fluoroquinolonen, tetracyclines | – |
Candida albicans | Fluconazol | – |
Candida krusei | Echinocandin | Fluconazol |
Cryptococcus neoformans | Amphotericine B of fluconazol | – |
Aspergillus sp. | Voriconazol of isavuconazol | – |
.
Vorige post op MedEd101 is hier
VOOR U AANBEVOLEN:
Geef een antwoord