Diagnose stellenEdit

Ondanks de gemakkelijk herkenbare symptomen van dyschronometrie, kan het feit dat ze ook bij andere cerebellaire ataxieën kunnen voorkomen, de diagnose bemoeilijken. Andere ataxieën kunnen ook symptomen hebben die invloed hebben op het lopen, de spraak, het denkproces, het ruimtelijk bewustzijn en de tijdsoriëntatie die in hun diagnoses worden gebruikt, waardoor wordt verhuld dat de meeste van deze patiënten ook dyschronometrie hebben. De meest voorkomende vormen van dyschronometrie zijn dyssynergie, dysmetrie, dysdiadochokinesie, dysarthrie en ataxie van de houding en het lopen. Dyslexie kan een ander probleem zijn bij mensen die getroffen zijn door dyschronometrie, maar het is niet zeker of dyslexie wordt ontwikkeld of verergerd door het hebben van dyslexie, of dat het omgekeerde het geval is in die zin dat het hebben van dyslexie de kans op het ontwikkelen van dyschronometrie vergroot. Een ander probleem dat dyschronometrie ondervindt bij de opsporing is dat het een relatief nieuwe term is voor deze bijwerking en voorloper van dementie, vergeleken met andere cerebellaire ataxieën zoals de hierboven genoemde. Zelfs wanneer dyschronometrie wordt ontdekt, is het meestal gevorderd tot het punt waar het niet kan worden teruggedraaid, en er is geen voordeel bij het nemen van de testmedicatie om ofwel de dyschronometrie te vertragen of het proces van dementie te laten beginnen, wat is waar dyschronometrie een signaal voor is.

De grootste fout bij het diagnosticeren van dyschronometrie is echter dat deze cerebellaire ataxie zichzelf verbergt in zijn symptomen en tekenen. De verschijnselen die worden gezien bij mensen met de diagnose dyschronometrie zijn niet voor de hand liggend, en worden door medische professionals vaak verward met andere cerebellaire ataxieën of dementie. Bovendien verwachten medische professionals meestal dat het circadiane ritme verstoord is door het opmerken van slaapcycli en -patronen die geen logische betekenis hebben, wat niets met dyschronometrie te maken heeft. Andere fouten in de diagnose van dyschronometrie zijn het idee dat mensen met dyschronometrie een spraakgebrek hebben, lijden aan waanideeën die grenzen aan psychose, aantasting van het lange termijn geheugen, of het volledig verlies van bewust begrip van tijd. Deze misvattingen komen meestal voort uit het feit dat deze cerebellaire ataxie zelden wordt gediagnosticeerd zonder gezien te worden bij dementie of bij een andere ataxie.

Klinische testenEdit

Testen en diagnosticeren op dyschronometrie zijn ook ineffectief gebleken. Dementie wordt zo laat ontdekt ondanks dat de signalen voor de hand lijken te liggen omdat psychologische tests die proberen tekenen van dementie, zoals dyschronometrie, op te sporen niet erg behulpzaam zijn. Bij deze tests zorgen de bell curves die gevormd worden na statistische analyse en een groot bereik onder normale testnemers ervoor dat alleen patiënten met extreem afwijkende tests een positieve diagnose krijgen, en deze gevallen zijn vaak al voor de hand liggend om te diagnosticeren. De diagnose van dyschronometrie is ook moeilijk door het gebrek aan onderzoek en professional die zich op deze cerebellaire ataxie concentreren. Neurowetenschappers beginnen nog maar net meer onderzoek te doen naar dit gebrek aan bewustzijn en het bijhouden van de tijd. Wanneer de wetenschap en de tests meer gespecialiseerd zijn en dyschronometrie diepgaander is onderzocht, zal de gevoeligheid van toekomstige uitgevoerde tests waarschijnlijk meer inzichten in het fenomeen opleveren.