Wanneer je kookt kun je termen tegenkomen die niet erg logisch zijn. Het woord slaan betekent meestal dat je met een voorwerp op iets slaat. Dat is niet wat het woord betekent in de keuken. Kloppen betekent snel roeren in een beslag om de ingrediënten en de lucht er goed bij te betrekken.

Voorbeelden

“Klop de eidooiers met de suiker tot het mengsel verdubbeld is en citroengeel,” of “Klop de boter en suiker samen tot het mengsel licht en luchtig is.”

Wanneer u kookt en bakt, moet u termen en woorden begrijpen en weten wat ze betekenen. Woorden hebben zeer specifieke betekenissen in de keukenwereld. Er is een verschil tussen actiewoorden als kloppen, roeren, kloppen en vouwen. Ze betekenen allemaal iets anders in termen van hoe krachtig het mengsel wordt gemanipuleerd. Een ander woord dat zegt dat je een deeg moet manipuleren is kneden.

Deeg en deeg moeten op bepaalde manieren gemanipuleerd worden om het recept succesvol te maken. Zo worden eiwitten opgeklopt om lucht op te nemen en de ei-eiwitten uit te rekken, zodat ze luchtbellen vasthouden in een stabiel schuim. Maar opgeklopt eiwit wordt in een beslag gevouwen om de structuur van het schuim te helpen behouden. En mengsels worden geklopt om ze grondig te mengen en er lucht bij te betrekken voor de structuur.

Wanneer een beslag of deeg wordt geklopt, gebeurt dit gewoonlijk met een mixer, hetzij een staande mixer of een handmixer. U kunt met de hand kloppen met een lepel, maar dit kan veel kracht en energie kosten. Kloppen met een apparaat is een efficiëntere manier om de taak te volbrengen.